De spookdrol: (ook wel duiker genoemd):
Je voelt hem komen, je hoort hem plonzen, maar er ligt niets in de pot
De “clean” keutel:
Ligt te glunderen in de pot, geen spoor op het papiertje.
De eeuwige stront:
Je veegt maar en je veegt maar.Toch blijft er steeds wat op het
papiertje. Je besluit tenslotte je broek toch maar op te trekken en een
papiertje in je onderbroek te leggen, om remsporen te vermijden.
Poepje “extra”:
De come-back of de wraak door tegenaanval: je bent klaar, maar als je
broek optrekt stel je vast dat er nog een klein poepje valt.
De aderbreukdrol:
Je moet zo hard drukken dat de aders op je voorhoofd zwellen. Je vreest
een hartaanval
Big Mac:
Hij is zo geweldig dat je bang bent om hem kapot te maken als je
doortrekt. Je bent verbaasd en tegelijk trots dat je dit kunstwerk
gebaard hebt
De aso keutel: (de mol)
Je wilt schijten, je voelt hem zitten, maar er komen alleen krampen en
scheten
Keutel “verkeerd”:
Doet zo veel pijn dat je zou zweren dat hij dwars zit, of in stuit.
De Canonball:
Komt er met zo’n snelheid uit en is zo zwaar dat hij je kont natpletst.
De morning-after stront (napalm drek):
De geelbruine vloeistof die de hele pot besmeurt en brandt in je gat.
De stank is om te snijden.
Konijnenkeutels:
Kleine bolletjes, sommige drijven, sommige zinken. Ze zijn wel lief…
De verrassingsdrol (flapdrol):
Je dacht een scheet te laten, maar er is iets bij!
De time-out drol:
Je bent goed bezig in een publiek toilet en je knijpt hem af omdat je
iemand hoort in het toilet naast je.
Populaire poep:
Zo luid dat iedereen die in de buurt is lacht.
Mexicano:
Ruikt zo scherp dat het prikt in je neus. Familie van de Napalm stront
De Benji drol:
Weigert te vallen, hoewel je weet dat hij eruit is. Je probeert hem met
ritmische kontbewegingen af te schudden.